TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Partridge, Richard Thomas

    Nationaliteit:
    Britse (1801-heden, Koninkrijk)

    Biografie

    Richard Thomas Partridge ging op 1 januari 1929 in dienst bij de Royal Marines. Nadat hij een positie kreeg op H.M.S. Hermes te China Station, koos hij voor een vlieg carrière. Hij behaalde zijn wings in juli 1934. Na een kortstondige terugkeer naar de Royal Marines in november 1938, keerde hij op 17 mei 1939 terug bij de Fleet Air Arm.

    Op 27 april 1940 schoot Partridge een Heinkel He 111 neer, maar moest zelf met zijn Blackburn Skua een noodlanding maken op een bevroren meer. Samen met zijn waarnemer/schutter R.S. Bostock kwamen ze op de grond in contact met de Duitse bemanning van de Heinkel die ze hadden neergeschoten, Josef Auchtor, Feldwebel Karl-Heinz-Strunk en Leutnant Horst Schopis. Een vierde bemanningslid van de Heinkel was tijdens de noodlanding omgekomen. Als snel kwamen zij in handen van een Noorse patrouille. Dit verhaal vormde, in geromantiseerde vorm, de basis van de Noorse film "Into the White" uit 2012. Het wrak van de Heinkel ligt nog steeds op de Noorse berghellingen en het wrak van de Blackburn Skua van Partridge werd in 1974 uit he meer opgetakeld en is nu te bezichtigen in het FAA Museum in Yeovilton.
    Partridge en zijn waarnemer wisten zich weer met hun eenheid te verenigen en juist op tijd Noorwegen te verlaten. Op 14 juni 1940 vertrok Partridge met zijn eenheid voor een aanval op Duitse marineschepen, waarbij hij werd neergeschoten. Hij wist zich met zijn parachute te redden en werd zwaar gewond opgepikt door een Noors visserschip. Partridge raakte in krijgsgevangenschap, waar hij tot het einde van de oorlog verbleef.

    Na zijn bevrijding wilde hij gelijk weer vliegen en werd hij aangesteld als vliegend Commanding Officer, RNAS Lee-on-Solent. Tevens volgde hij diverse opleidingen en was de eerste Navy piloot die zich kwalificeerde voor straaljagers.
    Later kwam Partridge terecht bij het Department of Air Organisation and Training. Toen hij terug moest keren naar de Royal Marines vond hij zelf dat hem werk werd aangeboden waarbij onvoldoende gebruik werd gemaakt van zijn vliegervaring en ging hij op eigen verzoek op 26 januari 1951 met pensioen met de rang van Major, Royal Marines.

    Bevorderingen:
    1 januari 1929: probational 2nd Lieutenant (Royal Marines);
    ?: Lieutenant;
    17 september 1933: Flying Officer (Royal Air Force);
    ?: Captain (Royal Marines);
    31 december 1937: Flight Lieutenant (vanaf 1 januari 1938);
    24 mei 1939: Flight Lieutenant (vanaf 17 mei 1939, seniority 1 januari 1938).

    Loopbaan:
    1 januari 1929: Royal Marines;
    17 september 1933 - 6 september 1934: RAF Leuchars;
    7 september 1934 - 31 december 1934: No. 802 Squadron, H.M.S. Courageous;
    1 januari 1935: No. 802 Squadron;
    23 juli 1935 - 30 juni 1936: No. 802 Squadron, H.M.S. Glorious;
    1 juli 1936 - 9 november 1937: No. 802 Squadron, H.M.S. Hermes;
    10 november 1937 - 15 oktober 1938: No. 802 Squadron, H.M.S. Glorious;
    november 1938 - 17 mei 1939: Royal Marines;
    1 juni 1939 - 30 juni 1939: FAA Fighter School, Eastleigh;
    30 november 1939 - 26 december 1939: Commanding Officer No. 804 Squadron, Hatston;
    29 maart 1940: Commanding Officer No. 800 Squadron, Hatston;
    24 april 1940 - 13 juni 1940: Commanding Officer No. 800 Squadron, H.M.S. Ark Royal;
    10 november 1945: Commanding Officer RNAS Lee-on-Solent;
    1946: Empire Flying School.

    Heeft u zelf meer informatie over deze persoon? Lever het aan!

    Periode:
    Tweede Wereldoorlog (1939-1945)
    Rang:
    Captain (Kapitein der Mariniers)
    Eenheid:
    Commanding Officer, No. 800 Squadron, Fleet Air Arm, Royal Navy
    Toegekend op:
    9 mei 1940
    Voordracht:
    "Toegekend vanwege heldhaftigheid en vindingrijkheid bij de uitvoering van gevaarlijke en succesvolle operaties bij de Fleet Air Arm tegen de vijand, in het bijzonder bij de kust van Noorwegen."

    LG 34845/2785.
    Distinguished Service Order (DSO)
    Periode:
    Tweede Wereldoorlog (1939-1945)
    Rang:
    Captain (Kapitein der Mariniers)
    Eenheid:
    Commanding Officer, No. 800 Squadron, Fleet Air Arm, Royal Navy
    Toegekend op:
    25 juni 1940
    Mentioned in Dispatches
    Voordracht:
    "Toegekend vanwege moed en vindingrijkheid bij de uitvoering van gevaarlijke en succesvolle operaties door de Fleet Air Arm boven de kust van Noorwegen."

    LG 34882/3919.
    Periode:
    Tweede Wereldoorlog (1939-1945)
    Rang:
    Captain (Kapitein der Mariniers)
    Eenheid:
    Commanding Officer, No. 800 Squadron, Fleet Air Arm, Royal Navy
    Toegekend op:
    19 juli 1940
    Mentioned in Dispatches
    Voordracht:
    "Toegekend vanwege moed, vindingrijkheid en aanhoudende toewijding tijdens operaties bij de Fleet Air Arm tegen de vijand boven de kust van Noorwegen."

    LG 34901/4491.
    Periode:
    Tweede Wereldoorlog (1939-1945)
    Toegekend op:
    29 maart 1946
    Mentioned in Dispatches
    Periode:
    Tweede Wereldoorlog (1939-1945)

    Toegekend met "AIR CREW EUROPE" gesp.
    Atlantic Star

    Bronnen

    • Foto 1: Royal Navy photo
    • - The London Gazette of 4th January 1929, Issue 33454
      - The London Gazette of 26th September 1933, Issue 33981
      - The London Gazette of 31st December 1937, Issue 34468
      - The London Gazette of 9th June 1939, Issue 34634
      - Supplement to The London Gazette of 7th May 1940, Issue 34845, dated 9th May 1940
      - Supplement to The London Gazette of 25th June 1940, Issue 34882, dated 25th June 1940
      - Supplement to The London Gazette of 19th July 1940, Issue 34901, dated 19th July 1940
      - Flying Marines

    Foto